Handleiding - Clients

From distributed.net
Jump to navigationJump to search

Introductie

Allereerst willen we je bedanken voor je interesse in distributed.net en de gedistribueerde rekenprojecten die we hier ondernemen. Met behulp van deze korte introductie over de 'client software' kun je meedoen met deze projecten. Let erop dat je de client alléén op je eigen computer(s) mag laten draaien, óf op computers waarvan de eigenaars hun uitdrukkelijke toestemming hebben gegeven. Voor meer informatie over dit belangrijke punt kun je ons officiële beleid raadplegen.

De client downloaden

Wanneer je nog niet in het bezit bent van een client, kun je de laatste versie downloaden van de clients pagina. Je haalt de client binnen door te klikken op de link die bij het besturingssysteem van jouw pc hoort.

Een tweede mogelijkheid om de client te downloaden, is via 'anonymous ftp' op ftp://ftp.distributed.net/pub/dcti/current-client/.

Als je een computer gebruikt waar Windows of MacOS op draait zal de software normaal gesproken vanzelf uitgepakt worden. Als dit niet gebeurt moet je Winzip downloaden voor Windows machines of StuffIt Expander voor MacOS.

Voor unix clients moet het tar gzip archief geëxpandeerd en ge-untart worden. Dit kan gedaan worden met het commando "tar -xzf dnetc...tar.gz" of "gunzip -c dnetc...tar.gz |tar xf -" voor systemen zonder GNU tar zoals Solaris en HPUX. De client moet worden gedownload op een user account, niet als root.

Wanneer je geen client kan vinden voor jouw platform, bekijk dan onze bugzilla port verzoek pagina en als de port voor jouw platform nog niet is aangevraagd kun je er een aanvragen.

Zodra de client beschikbaar is op jouw PC moet je deze configureren.

Configureren van de client

Wanneer dit de eerste keer is dat je de client start, kom je vanzelf in een menu terecht voor de instellingen. Als je klaar bent, sla de instellingen dan op en sluit af. Het configuratiebestand wordt in dezelfde map opgeslagen als de client. Start de client daarna gewoon opnieuw. Vanaf dat moment zal de opgeslagen configuratie gebruikt worden.

De configuratieopties zijn voor het grootste deel logisch en je kunt op ieder moment de instellingen aanpassen door de client met de '-config' optie te starten. Een lijst met opties is beschikbaar door de client met '-help' te starten.

Veel van de opties kunnen op de standaardwaarde blijven staan, maar het is belangrijk om je e-mail adres in te voeren, zodat het werk dat jouw client doet aan jou toegekend wordt in de projectstatistieken.

Hoewel de Internetverbinding van de meeste mensen geen bijzondere instellingen vereist, zijn er vaak aanvullende instellingen nodig voor systemen die achter een firewall staan. Ook zijn er systemen die niet net het Internet verbonden zijn; die gebruikt kunnen worden door te werken met diskettes. Meer informatie over deze situaties en de oplossingen is te vinden in onze Netwerk Installatie Handleiding.

Gebruikers van computers met Windows hebben twee manieren van installeren. Beide worden hieronder beschreven.

Windows - Service

Een Win9x/WinNT service is een proces dat opstart wanneer de computer wordt aangezet en niet stopt voordat de computer weer uitgezet wordt. Dit in tegenstelling tot normale processen die stoppen wanneer de gebruiker zich afmeldt.

Daardoor heeft een service geen toegang tot netwerk bestanden en de harddisk. Hiervoor moet een gebruiker zijn aangemeld (overigens kan deze beperking buiten werking gezet worden in Win NT - zie onze FAQ in het Readme bestand bij de client).

Om de client als een service te installeren start je de client met de -install optie. Dit zorgt ervoor dat de client zichzelf aanmeld bij de service-handler, die op zijn beurt automatisch de client zal starten wanneer de computer aangezet wordt. Om deze service te verwijderen: start de client met de -uninstall optie.

Windows - Screensaver multiplexor

Vanaf v2.7112.444 zit er een screensaver multiplexor bij de client.

Belangrijk: de screensaver en de client zijn verschillende uitvoerbare programma's. De screensaver multiplexor (*.scr) is vrijwel nutteloos zonder een client (*.exe).

Het is normaal om de client altijd actief te laten zijn op de achtergrond zodat de client alle niet gebruikte processortijd kan gebruiken. Er wordt ook processortijd niet gebruikt als je gewoon met je computer aan het werk bent. Als je bijvoorbeeld een brief typt, doet je computer voornamelijk niets. Hij wacht op toetsaanslagen en de client kan alle overige capaciteit van de computer gebruiken.

In speciale gevallen kan een programma dat *alle* ongebruikte processortijd claimt een probleem zijn. Hiervoor is de distributed.net screensaver multiplexor gemaakt. Als deze door de computer wordt geactiveerd, zal de client in de achtergrond gestart worden en start er een screensaver van je keuze op de voorgrond. Als de screensaver multiplexor detecteert dat er al een client draait, dan zal er geen tweede client gestart worden. Als je screensaver stopt, zal ook het werk van de client stoppen.

De screensaver multiplexor stelt je niet alleen in staat een client te installeren op een systeem waar het gebruiken van alle beschikbare processortijd een probleem is, maar hij lost ook twee andere problemen op die een client-als-screensaver niet op kan lossen: a) je hoeft geen buffers en/of configuratiebestanden in de windows/ (of windows/system/) directory te zetten en b) je kunt de screensaver van je eigen keuze blijven gebruiken.

De installatie van de screensaver multiplexor houdt in...

  1. het kopieren van het *.scr bestand dat in de client distributie zit naar een van de volgende plaatsen:
    voor Win95: je \WINDOWS\ of \WINDOWS\SYSTEM\ directory
    voor WinNT: je \WINNT\ of \WINNT\SYSTEM32\ directory.
  2. Als je het .scr bestand hebt gekopieerd ga dan naar de 'beeldscherm' instellingen in je 'configuratiescherm' en kies de distributed.net screensaver als de actieve 'schermbeveiliging'.
  3. Klik op de 'instellingen...' knop om het instellingenvenster van de screensaver multiplexor te openen. Kies de client die je in de achtergrond wilt laten starten en de screensaver die je altijd al gebruikte om op de voorgrond te laten starten.
  4. Als je alle instellingen voor de client eerder al had gemaakt, dan hoef je verder niets te doen. In het andere geval moet je op de knop "Configure" klikken om de client te configureren.

Opmerking voor Windows NT 3.x: De screensaver API is veranderd tussen NT 3.x en NT 4.x om de "mini-preview" te ondersteunen, die voor het eerst te zien was in Windows95. De multiplexor ondersteunt de nieuwe interface maar omdat een 4.x systeem niet goed zal omgaan met een 3.x screensaver is de multiplexor een 4.0 programma. Vanaf client versie 2.8001 zal de _client_ kijken of die multiplexor draait in een 3.x omgeving en in dat geval van de .scr een 3.x programma maken.

De client laten draaien

Windows

Als je de client hebt geinstalleerd als een service, dan start je de client in Windows 95/98 met "run dnetc.exe -hide" en in Windows NT met "net start dnetc". Je kunt ook de machine opnieuw opstarten om de client automatisch te laten starten. Als je de client hebt geinstalleerd om gebruik te maken van de Screensaver Multiplexor dan zal de client automatisch starten als je screensaver start.

MacOS

Dubbelklik eenvoudigweg op het dnetc programmaicoon om de client te starten en gebruik File/Quit of cmd-Q om de client te stoppen.

Unix

Als je een Unix variant gebruikt, dan komt "screen" je misschien wel van pas (beschikbaar op ftp://ftp.gnu.org/pub/gnu/screen/) om je client zo te draaien dat je er meer controle over hebt. Je kan er natuurlijk ook voor kiezen de client als daemon te draaien met het volgende commando:

./dnetc -quiet

Gedetailleerde platform-specifieke installatie en configuratie gegevens en operationele intstructies voor clients voor andere platforms tref je aan de de README bestanden van de client.

Meer Informatie

Je kunt meer informatie vinden met behulp van de distributed.net FAQ-O-Matic (engels) en er staan nog meer mogelijkheden beschreven op de distributed.net Hulpvoorzieningen pagina.